We lazen over zeggenschap in het Radboudumc en de wijk. We stonden stil bij nationaal onderzoek naar leiderschap en positie voor verpleegkundigen door het RN2blend-consortium, verpleegkundig opinieleiders en het subsidieproject rondom het Landelijk Actieplan Zeggenschap. Ook rebels leiderschap kwam voorbij en een mooi interview met Debra Jackson over bescheidenheid, moed en visie. Er waren columns van Jorn Albers over ‘echte leiders’ en van onszelf over ‘trots’ en ‘praktische wijsheid’. Ook bespraken we de boeken, Het huis van de professionele zeggenschap en het klassieke werk van verpleegkundige en politiek zwaargewicht uit de jaren zeventig, Bien Tjebbes, over de grenzen van onze invloed en maakbaarheid. In de rubrieken best practices en de leerpraktijk lazen we inspirerende voorbeelden en kregen we praktische handvatten voor de eigen leiderschapspraktijk.
We eindigden met een podcast over leiderschap, Jacqueline Dijkstra en Désirée Bierlaagh spraken met Anita de Vette, Arjan Verhoeven en Inge Borghuis. De revue passeerden: de combinatie van intern leiderschap én je bewegen in een publieke, strategische rol, het relationele en interpersoonlijke aspect van leiderschap en leiderschap in tijden van arbeidsmarktvraagstukken. Toch zijn er ook belangrijke onderwerpen niet besproken dit afgelopen jaar. Enkele daarvan belichten we nu: de relatie tussen leiderschap en macht, intersectionaliteit en klimaat, leiderschapsidentiteit en het belang van ontsnappen, en tot slot nog onzekerheidsvaardigheden.
Aandacht voor de relatie tussen leiderschap en macht
Leiderschap en macht liggen dicht bij elkaar. Daarbij is het niet zo dat macht de negatieve kant is van leiderschap. Macht is er altijd en heeft ook een functie, het kan ten goede worden ingezet. Tegelijkertijd kleven er risico’s aan macht, namelijk dat je die aanwendt voor je eigen gewin en daarbij de ander uit het oog verliest. In het boek Stevig (leren) staan wordt in hoofdstuk 6 Leiderschapsidentiteit: Je positie passen (De Coninck et al., 2023) het advies van Keltner, Gruenfeld en Anderson (2003) aangehaald om te voorkomen dat leiderschap doorslaat in onjuist gebruik van macht. Zij stellen dat het daarbij belangrijk is om je te richten op vier zaken: ‘Empathie (verdiep je in de belangen en gevoelens van anderen), vrijgevigheid (deel ruimhartig uit van wat je hebt), dankbaarheid (sta erbij stil dat de meeste voorrechten je worden gegund en gegeven) en verbinding (richt je op gemeenschappelijke doelen)’ (De Coninck et al., 2023, pp. 165). Zie de bespreking van dit boek op pagina 6 van dit nummer.
Aandacht voor intersectionaliteit en klimaatverandering
In het onderzoek naar leiderschap wordt, tot onze verbazing, de rol van gender, etniciteit en sociale klasse amper meegenomen. In een confronterend review over intersectionaliteit en verpleegkundig leiderschap van Aspinall en collega’s (2022) laten zij haarfijn zien dat de verpleegkundige leiderschapsliteratuur gedomineerd wordt door witte mannen van middelbare leeftijd. Gek eigenlijk, zeker omdat rond de 90 procent van de verpleegkundigen vrouw is. Van der Cingel (2022) besteedt in haar recente verpleegkundig-leiderschapsboek gelukkig aandacht aan gender en diversiteit. Een belangrijk en opkomend thema. Tijdens ons themajaar hebben we er heel even bij stilgestaan middels een artikel met de titel ‘Meer mannen in de zorg’! Toch weer die mannen. Een ander, momenteel veelbesproken maatschappelijk thema dat nog te weinig weerklank krijgt in de verpleegkundige leiderschapsliteratuur, is klimaatverandering. Daar mag wel een schepje bovenop. Neem bijvoorbeeld het recente artikel van Abassi en collega’s (2023) of het initiatief van De Duurzame Verpleegkundige.
Leiderschapsidentiteit maakt leiderschap persoonlijk, omdat je als leider altijd ook jezelf in het spel zet