Praktische kijk op competentiegericht onderwijs

Verslag van het vierde OVDB jaarcongres 2006

  • 3 min.
  • Congresverslag
  • Verslagen
Op dinsdag 3 oktober 2006 vond al weer voor de vierde keer het OVDB jaarcongres plaats. Het thema was ‘Een praktische kijk op competentiegericht onderwijs’. Ruim 600 deelnemers waren uit het gehele land naar Hotel Figi te Zeist gekomen. Dit jaar was gekozen voor een opzet met een plenair gedeelte en een serie van drie sessies die door iedere deelnemer doorlopen werd. Rob van den Bosch, directeur OVDB, trad op als dagvoorzitter.

Ruud Klarus, Lector ‘Ontwikkelen van competenties op de werkplek’, van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen, hield een interessant betoog over Competentiegericht Onderwijs. Waar was het ook al weer om begonnen? Klachten van ‘ze kunnen geen spuit vasthouden’ tot ‘ze kunnen van alles maar weten niets’ hopen we in de toekomst niet meer te horen. De kloof tussen het onderwijs en de praktijk moet worden geslecht. Volgens Klarus is met name de ‘context’ van belang. Een authentieke context om te kunnen leren, te beoordelen en een identiteit te ontwikkelen. Klarus legde de link tussen theorie en praktijk en daarbij kreeg het thema beoordelen een belangrijk accent. Klarus betoogde dat de kwaliteit van beoordelen sterk verbeterd wordt door gebruik te maken van meerdere beoordelaars, meerdere beoordelingsinstrumenten en meerdere beoordelingsmomenten. Deze thema’s kwamen later in de sessies nog uitvoerig aan bod.

Themasessies

Na het plenaire gedeelte werd gestart met de sessies. De eerste sessie ging over de redenen om competentiegericht onderwijs in te voeren. Waarom weer een onderwijsvernieuwing? Wat neemt deze onderwijsvernieuwing over van het onderwijs dat we nu al in het MBO kennen en wat voegt het toe? Daarnaast werd uitgebreid aandacht besteed aan het verschil tussen een competentie en een kerntaak. Aan de hand van een voorbeeld werd geïllustreerd hoe een competentie kleur krijgt door de kerntaak die er bij hoort; een verpleegkundige en een politieagent moeten beiden kunnen rapporteren, echter hun rapporten zien er totaal anders uit omdat hun taken zo verschillend zijn. De eerste sessie draaide om de grote lijnen: wat willen we, wat hopen we, waar werken we voor. In deze sessie werd nog eens heel erg duidelijk dat de invoering van competentiegericht onderwijs een proces is, waarbij het belangrijk is dat alle betrokken partijen elkaar ontmoeten.

In het middagprogramma werd met name aandacht besteed aan de concrete implementatie van competentiegericht onderwijs binnen leerbedrijven. In de tweede sessie stond de vraag centraal hoe de begeleiding verandert binnen competentiegericht onderwijs. De deelnemers kregen de kans om aan den lijve te ondervinden hoe de wijze waarop zij hun studenten instrueren, aangepast zou moeten worden aan de uitgangspunten van competentiegericht onderwijs. De opdracht ‘leer je buurvrouw of buurman een t-shirt in 6,3 seconden opvouwen’ veroorzaakte hilarische momenten. Maar het maakte ook pijnlijk duidelijk hoe moeilijk het is op de juiste wijze instructie te geven. Vele voor competentiegericht onderwijs zo belangrijke kernpunten werden door menigeen met het grootste gemak overgeslagen. Zo werd er geen beroep gedaan op voorkennis, de leerstijl van de student werd niet gecheckt, er werd niet gereflecteerd, enz. Voor de meeste deelnemers telde slechts het resultaat. Een leerervaring om nooit meer te vergeten! De laatste sessie stond in het teken van beoordelen. Wat is de rol van de beoordelaar? Hoe wordt er beoordeeld? Wat zijn in welke situatie geschikte beoordelingsinstrumenten? Met deze laatste vraag gingen de deelnemers aan de slag met behulp van de waaier ‘Beoordelingsvormen Competentiegericht leren’ uit de toolkit.

Tot slot

Dit was niet het eerste congres over competentiegericht opleiden en vast ook niet het laatste. Gezien de overweldigende belangstelling is er blijkbaar heel veel behoefte aan informatie bij opleiders. Alle deelnemers gingen met een goed gevulde toolkit naar huis. Een toolkit met praktische handvatten om met competentiegericht opleiden aan de slag te gaan. Tevens was er na afloop van het congres ruimschoots gelegenheid tot netwerken, waar diverse deelnemers dankbaar gebruik van maakten.