Onder deze titel organiseerde het departement Personeelwetenschappen van de Universiteit Tilburg op 15 oktober 2004 een symposium. Leren in de zorgsector staat tegenwoordig hoog op de agenda. Verpleegkundigen en ander (medisch) personeel moeten voortdurend bijblijven. Zij moeten op de hoogte zijn van de meest uiteenlopende ziektebeelden en de nieuwste behandelen zorgmethoden. Op cursus gaan kost vaak veel tijd en is kostbaar. Daarom neemt het belang van werkplekleren toe. Op dit symposium zijn allerlei ideeën over werkplekleren aangereikt.
Leerproject Cardiologie; een praktijkvoorbeeld
Petra Hulshuizen heeft recent binnen de verpleegafdeling Cardiologie van het Meander Medisch Centrum een leerproject opgezet. In het verleden bestond deskundigheidsbevordering meestal uit inleidingen van vakinhoudelijke sprekers, deelnemers waren toehoorders, er was weinig ruimte voor individuele leervragen en het resultaat was vaak onbekend. Tijd om het eens op een andere manier aan te pakken. Petra liet zien hoe dit leerproject werd opgezet en wat de ervaringen zijn geweest.
Ze onderscheidde in de aanpak van het leerproject de volgende fasen:
-
oriëntatiefase. Hierbij werd aandacht geschonken aan het betrekken van anderen bij het project, andere manieren van leren, welke randvoorwaarden moeten vervuld worden. Welk resultaat beoog je? Het betekende ook dat de begeleiders een coachende rol moesten aannemen. Kernvraag was in deze fase, hoe ontwikkelen we het leervermogen van de deelnemers.
-
leerfase. In deze fase waren 8 bijeenkomsten in vier maanden gepland. De bijeenkomsten werden bewust op de afdeling gehouden: men mocht zien dat er geleerd werd. In de eerste bijeenkomst werd ook een bezoek aan de bibliotheek gebracht. Het bleek dat een aantal deelnemers niet wist waar de bibliotheek in het ziekenhuis was. De ervaringen waren positief. Men voelde zich zekerder in het werk en had ervaren kennis met collega's te kunnen delen. Wanneer vragen niet gezamenlijk opgelost werden, kon een deskundige geraadpleegd worden. De coachende rol van de begeleiders kreeg veel aandacht en men heeft daar goede ervaringen mee opgedaan. Van groot belang waren ook de leerervaringen die men met het initiëren van een andere leervorm heeft opgedaan.
-
bestendigingfase. Hier is men in het Meander ziekenhuis nog onvoldoende aan toe gekomen. Dit krijgt de komende tijd de volle aandacht.
Theoretisch onderbouwing
Rob Poell van de Universiteit Tilburg definieerde het begrip leerproject als ‘samenhangende leeractiviteiten die ondernomen worden door een groep organisatieleden rond een arbeidsrelevant thema of werkprobleem’. De leeractiviteiten kunnen gepland of spontaan zijn, op of buiten de werkplek, zelfgestuurd of door anderen aangereikt worden. Hij onderscheidt vier ideaaltypische leerprojecten, gebaseerd op hoe betrokkenen de drie fasen (oriënteren, leren en bestendigen) vormgeven:
- liberaal: zelfgestuurd en individueel gericht
- verticaal: opleidergestuurd en taakgericht
- horizontaal: teamgestuurd en probleemgericht
- extern: professiegestuurd en beroepsgericht.
Kritisch reflectief werkgedrag
Marianne van Woerkom, Universiteit Tilburg, vroeg aandacht voor kritisch reflectief werkgedrag. Werkgerelateerd leren heeft vaak een impliciet karakter. Mensen leren van hun ervaringen zonder dat ze zich hiervan bewust zijn, bijvoorbeeld door anderen te observeren en te imiteren, door herhaling. Het nadeel van impliciet leren is echter dat het leidt tot kennis waar we ons niet van bewust zijn (tacit knowledge). Wanneer mensen zich niet van hun tacit knowledge bewust zijn is deze kennis ook moeilijk te communiceren, ontvankelijk te maken voor feedback of te veranderen. Reflecteren als dingen niet gaan zoals verwacht en experimenteren met alternatieven lijken mogelijkheden om deze problemen te voorkomen. Een goede werknemer:
- stelt kritische vragen (aan de organisatie, collega's en aan zichzelf)
- reflecteert op zichzelf, werk en veranderingen
- denkt na over verbeteringen
- vindt het leuk om te leren en deelt kennis met anderen
- reflectief werken
- kritische mening vragen
- feedback vragen
- uitdagen van groepsdenken
- leren van fouten
- kennis delen
- experimenteren
- loopbaanbewustzijn
Leren van Missers
Missers in de gezondheidszorg kunnen verregaande gevolgen hebben. Toch kunnen we er ook van leren. Mirjam Baars van Moorsel kwam tijdens haar promotieonderzoek rond leerklimaat in aanraking met het fenomeen foutencultuur. In Nederland worden jaarlijks zo'n 30.000 mensen slachtoffer van een medische fout, in 3000 gevallen met dodelijke afloop. De kosten schat men op 1,4 miljard euro.
Uit internationaal wetenschappelijk onderzoek blijkt dat medische fouten effectief bestreden kunnen worden door de aandacht te richten op de foutencultuur in ziekenhuizen. Medische teams met een open cultuur ten aanzien van fouten blijken minder medische fouten te maken dan teams met een gesloten cultuur. In de open teams worden fouten vroegtijdig gesignaleerd, waardoor men nog kan ingrijpen voordat deze serieuze gevolgen voor de patiënt hebben. Tevens blijkt dat mensen die al heel lang individueel werken over het algemeen veel meer fouten maken, terwijl medewerkers van een team die langdurig samenwerken juist op elkaar ingespeeld raken, elkaar feedback geven en corrigeren. De foutencultuur in ziekenhuizen speelt een cruciale rol bij het leren van artsen en verpleegkundigen. Wanneer zij de ruimte ervaren om in alle openheid over hun fouten te praten, leren zij hier meer van dan wanneer fouten worden toegedekt of afgestraft. Uit diverse onderzoeken verricht door het departement Personeelswetenschappen van de Universiteit van Tilburg blijkt ook dat het leren van fouten en andere vormen van reflectie op de werkplek effectievere vormen van leren zijn dan het leerproces tijdens een cursus. De dag werd besloten met vier workshops. Een symposium dat een vervolg verdient!
Als uw nieuwsgierigheid geprikkeld is, surf dan naar www.zorgenvoorleren.nl.